Brief verstuurd aan President Santokhi

Den Haag, 31 januari 2024
Geachte heer Santokhi,
Wij als nabestaanden van de Rijswijkse moorden, feliciteren u zeer hartelijk met de rechtsstaat die Suriname, met de definitieve veroordeling van dhr. Bouterse, (weer) is geworden. De veroordeling van Bouterse laat zien dat de rechters in Suriname moedig en onafhankelijk zijn, zoals dat hoort in een rechtsstaat.
Moorden
Zoals u weet heeft dhr. Bouterse niet alleen in Suriname, maar ook in Nederland moorden doen plegen. Wij noemden al de Rijswijkse moorden. In de nacht van 7/8 maart 1985 vond een aanslag plaats door twee gewapende mannen in een kantoorpand in Rijswijk, waar de Raad voor de Bevrijding van Suriname en de Weekkrant Suriname gevestigd waren. Beiden prominente tegenstanders van Bouterse. Op het moment van de aanslag waren echter alleen vijf leden van een amateur muziekband aanwezig in het pand. Deze mannen werden neer geschoten. Drie doden en twee zwaar gewonden was het resultaat.
Politieke motieven
Voor iedereen was meteen duidelijk dat dit een politiek gemotiveerde aanslag was vanuit het Bouterse regime op zijn tegenstanders in Nederland. Een vergismoord bovendien.
Gek genoeg werd dit door de Nederlandse autoriteiten altijd ontkend. Waarom? Daar kunnen we alleen maar naar raden. De moorden zijn nooit opgelost, de daders niet vervolg, de opdrachtgever niet voor het gerecht gebracht.
Ook later, in 1997 toonde de Nederlandse autoriteiten (i.c. Minister van Mierlo[1] ) zich onwillig om Desi Bouterse te arresteren in verband met de grootschalige smokkel van cocaïne, waarvan hij verdacht en later (bij verstek) veroordeeld werd in Nederland.
Rechtsorde
Vanuit een vreemde staat (Suriname) zijn in 1985 Nederlandse Staatsburgers, op Nederlands grondgebied (Rijswijk), op brute wijze vermoord. Dat is een aanslag op de individuele mensen en hun families. Het is ook een ernstige aanslag op de democratische rechtsorde en een aanslag op de soevereiniteit en territoriale integriteit van Nederland. De Nederlandse Staat had dan alles wat in haar macht lag, moeten inzetten om de daders te pakken te krijgen.
“Als de Nederlandse staat verzuimt, alles wat in haar vermogen ligt, in te zetten om de daders van een aanslag vanuit een vreemde staat op Nederlands grondgebied, op te sporen en te berechten, dan is dat een zeer ernstige aanslag op de democratische rechtsorde” (Henry Does in de podcast Het geheim van Rijswijk)
Het blijft een ernstige aantasting van ons rechtsgevoel en de democratische rechtsorde dat de vervolging van de moordenaars, op zijn zachts gezegd, geen prioriteit had voor de Nederlandse Staat.
Podcast Geheim van Rijswijk
In een interview uit 2021, van Anna Korterink met u, voor de podcast Het geheim van Rijswijk, waarin zij de Rijswijkse moorden onderzoekt, zegt u:
“Persoonlijk ben ik er een voorstander van: daar waar ernstige misdaden gepleegd zijn, dat die onderzocht moeten worden. En als er nog ruimte is om samen te werken,(tussen Suriname en Nederland) dan moet die ook gecreëerd worden. We zijn nu twee landen, een nieuwe, een hernieuwde vorm van samenwerking aangegaan en inderdaad als er cold cases zijn van het verleden, die nog ruimte bieden om onderzocht te worden, dan moeten we dat doen”.
Hoop op gerechtigheid voor de Rijswijkse moorden
De Rijswijkse moorden zijn verjaard. Wij putten hoop uit het oordeel van de rechters in Suriname en uit bovenstaande uitspraken van u. Het laat zien, dat er altijd een vorm van gerechtigheid overblijft; de waarheid kan altijd nog boven tafel komen. Zeker als Suriname en Nederland hierin samenwerken en hun archieven openen. Wij hebben een rechtszaak aangespannen tegen de Nederlandse Staat om inzage te krijgen in alle relevante stukken betreffende de Rijswijkse moorden. Hierbij doen wij een beroep op uw medewerking om ook de Surinaamse archieven hierover toegankelijk te maken. Dat zou niet alleen voor de nabestaanden en overlevenden van de Rijswijkse moorden een genoegdoening betekenen, maar ook voor veel andere Surinamers, Nederlanders en Surinaamse Nederlanders.
Met vriendelijke groet en de meeste hoogachting namens de nabestaanden,
Sietske van Putten
Voorzitter van de Stichting Gerechtigheid en Waarheidsvinding